- Bekijk van 2 zwakke lezers de toetsresultaten van okt/nov en jan/feb. Zijn alle toetsen afgenomen volgens het Protocol? Vraag of je ontbrekende toetsen mag afnemen. (maak de resultaten anoniem)
Ik loop stage in groep 4 in Leiden. In mijn stageklas hebben heel veel kinderen moeite met lezen. Veel van hen zitten nog niet op het gewenste niveau. Er is 1 jongentje dat dyslexie heeft. Voor zijn laatste toetsresulaten heeft hij een E gehaad. Daarnaast is er nog een meisje dat heel zwak begaafd is. Zij leest nog op het niveau van midden groep 3. En dit haalt zij ook maar net. Ze leest daarom met een leeslineaal.
Bekijk de handelingsplannen voor deze 2 leerlingen (anoniem).
Omdat er zo veel kinderen onder het landelijk gemiddelde zitten wat betreft lezen, is er voor mijn stageklas een RT-er beschikbaar. Zij komt 2 dagen in de week op school en helpt een heel aantal kinderen in mijn klas met lezen. Ze richt hier vooral aandacht aan het automatiseren.
Ik mocht een dagje meelopen met haar, omdat de handelingsplannen nog niet op papier stonden maar ik wel graag wilde weten hoe er met deze kinderen aan het lezen gewerkt wordt.
Ik vond het heel erg interessant. De RT-er werkte steeds in 3 stappen. Waarbij ze per keer 1 stap behandelde. De eerste stap zijn de nieuwe woorden die de kinderen voor zich krijgen. Deze worden op allerlei manier geoefend en gelezen. ( van achter naar voren, van onder naar boven, per rij enzovoorts). De woorden worden zo bij de kinderen ingeprent. Bij de volgende stap krijgen de kinderen deze woorden nog een keer. Er wordt nog even kort geoefend en daarna worden deze woorden met spelletjes nog een keer geoefend. ( je mag lezen totdat je een fout maakt, wie kan het langs?, zo snel mogelijk op tijd lezen enzovoorts). Dit vinden de kinderen heel erg leuk om te doen.
De derde stap is de woordjes nog een keer herhalen, maar dit keer staan zij in een tekst. De kinderen lezen met elkaar en de RT-er de tekst door.
Bespreek met je mentor de toetsresultaten en handelingsplannen (verslag).
Zie verhaal hierboven. Ik heb met mijn mentor en de RT-er gesproken over deze handelingsplannen. De kinderen hebben een enorme achterstand en hebben daarom ook moeite met spelling en begrijpend lezen. Ook zullen de zaakvakken volgend jaar een probleem kunnen worden. Daarom wordt er nu extra veel aandacht besteed aan het lezen. Ik merkte dat de kinderen het heel leuk vonden om naar de RT-er te gaan. Ze hebben daar hun eigen map, waarin hun vorderingen worden bijgehouden. Deze map mogen ze zelf pakken. De kinderen lezen steeds in kleine groepjes. Deze zijn zo samengesteld dat de kinderen op niveau geclusterd zijn.
Beschrijf het dyslexiebeleid van je stageschool.Verzamel informatie via documenten (het Zorgplan, de Schoolgids of een schooleigen dyslexieprotocol) en gesprekken met
de mentor/IB’er en maak hier een samenvatting van.
Het handelingsplan kent een invullen van belangrijke aspecten, dit zijn:
* Accepteren
* Begrijpen
* Compenseren
* Dispenseren
* Extra leerhulp
Daarnaast zit er voor elk vak en de werkhouding een plan van aanpak in het pakket. Ook is er een uitgebreid begeleidingsplan beschikbaar. Hieronder het begeleidingsplan.
------------------------------------------------------------------------------------
Begeleidingsplan dyslexie schooljaar 2010 – 2011
Naam :
Geboortedatum :
Groep :
Schoolverloop :
Intern begeleider :
Leerkracht(en) :
Na:
ð een intern didactisch onderzoek door___________________________en/of
ð een extern (psycho-diagnostisch) onderzoek door____________________en
ð een periode van minimaal 2 x 6 weken binnen en/of buiten de groep intensief werken met een handelingsplannen op het gebied van lezen en/of spelling
is vastgesteld dat zij/hij een dyslectische leerontwikkeling, dan wel dat dyslexie sterk wordt vermoed.
•_________________heeft intensieve begeleiding nodig op de leergebieden:
ð technisch lezen
ð begrijpend lezen
ð spelling
ð automatisering bij rekenen
•Voor _______________ wordt gewerkt met een begeleidingsplan dat het hele schooljaar gevolgd zal worden.
•Naast dit begeleidingsplan kunnen er specifieke handelingsplannen opgesteld worden die voor een kortere periode gelden. Deze handelingsplannen en de resultaten hiervan worden bij dit begeleidingsplan vermeld.
•Voor ________________ wordt gewerkt conform het dyslexiebeleid welke is opgesteld voor de school.
Gezien en getekend door de ouders/verzorgers van ____________________________
Datum: Handtekening:
A. Startsituatie (begin schooljaar)
A1. De huidige leerproblemen (belemmeringen):
q Basisletterkennis (klankgroepen groep 3)
q Bijzondere klankgroepen
q Gebrekkige ontwikkeling woordherkenning
q Gebrekkige ontwikkeling tekstlezen
q Problemen met leesbegrip (begrijpend lezen)
q Tekstlezen de zaakvakkenmethodes
q Spelling van éénlettergrepige woorden (basisletterkennis, bijzondere klankgroepen)
q Spelling regelgebonden, meerlettergrepige woorden (‘bakker/ baker’)
q Spelling van langere meerlettergrepige woorden
q Spelling van complexe woorden (bovenbouw, leenwoorden)
q Andere problemen met spelling, zoals ………………
q Uitvoeren van oefeningen uit de taalmethode
q Problemen met schriftelijke opdrachten rekenen-wiskunde (redactieopgaven)
q Problemen met automatisering van hoofdbewerkingen
q Traagheid in schriftelijk werk, schriftelijk werk komt niet (goed) af, e.d.
q Schrijfmotorische problemen
q Werkhoudingsproblemen (motivatie, betrokkenheid)
q Aandachts-/ concentratieproblemen (bij normale/ goede werkhouding)
q ………..
q ………..
q ………..
A2. Gunstige omstandigheden / gedragsaspecten (beschermende factoren):
A3. Ongunstige gedragsaspecten/ omstandigheden (risicofactoren):
B. Doelstellingen/ Startniveau/ Streefniveau
B1. Handelingsdoelen (streefdoelen)
1. Lezen:
A. Tekstlezen:
Doel eind groep …..: AVI-niveau ……. = goed; AVI-niveau ……. = voldoende.
B. Woordlezen:
C. Leesmotivatie:
2. Spelling:
A. Doel eind groep ……..: SVS niveau groep …… = ……..-niveau
B. Doel eind groep …….: PI-dictee: vooruitgang van ….. dle’s
3. Begrijpend lezen:
4. Rekenen-wiskunde:
A. Inzichtelijk rekenen / gerallen en bewerkingen:
Doel eind groep …….: CITO niveau groep ….. = ………-niveau
B. Automatisering hoofdbewerkingen (TTR)
Doel eind groep ……: TTR: vooruitgang van ……. dle’s
B2. Start- en eindniveaus
START SCHOOLJAAR
EIND SCHOOLJAAR
Datum / dl
Ruwe score
Niveau / dle
Datum / dl
Ruwe score
Niveau / dle
DMT 1
DMT 2
DMT 3
EMT
KLEPEL
AVI
Datum / dl
Tijd / fouten
Tempo / G/V/O
Datum / dl
Tijd / fouten
Tempo / G/V/O
niveau …
niveau …
niveau ….
SVS
PI-dictee
Begr. Lezen
Woordenschat
Rek-Wis
TTR
B3. Kwalitatieve analyse bij start
Lezen (woordherkenning, tekstlezen):
Kwalitatieve analyse spelling
Kwalitatieve analyse begrijpend lezen
Kwalitatieve analyse rekenen-wiskunde
C. Plan van aanpak / Pedagogisch-didactische maatregelen
1. Verbeteren van kennis en vaardigheden
A. Technisch lezen (basisvaardigheden, fonologie, woordlezen, tekstlezen)
► In de klas met de leerkracht en/ of medeleerling (klasgenoot of leerlingtutor):
q Drie keer per week tijdens periode van zelfstandig werken 15’ leescoaching door de leerkracht
q Drie tot vijf keer per week tijdens periode van zelfstandig werken 5’ training van woordherkenning (met ………….. woorden)
q Drie keer per week hardop lezen met leesmaatje in de klas
q Drie keer per week instructiegroep Leesparade
q Elke dag 5’ flitsen met computerprogramma ‘Flits’
q Drie keer per week individuele instructie woorden en tekst (uit bijvoorbeeld “Wegboek”)
q Iedere dag half uur hardop lezen met leesmaatje (zie Leesplan 2006-2007)
q Een keer per week 15 minuten met ‘Lesebanc’.
q Drie keer per week RALFI-lezen (
q …………….
q …………….
► Buiten de klas
q Drie keer per week met tutor ‘Herhaald tekstlezen’ met ..(Leeswegboekjes)
q Een keer per week extra leesinstructie Leesspecialist/intern begeleider gericht op…. (materiaal ook vermelden)
q ………………
q ………………
► Extern
q Leesspecialist voert gedeelte van plan van aanpak van de school uit
q Leesspecialist richt zich op verbeteren van letterkennis
q Leesspecialist richt zich op verbeteren van de woordherkenning bij ….. woorden
Leesspecialist richt zich op verbeteren van vloeiend lezen bij teksten en hanteert…….(aanpak)
q De logopedist richt zich op …………………..
q ……………………………..
► Thuis
q Recreatief lezen, leesplezier staat voorop
q Feestleesmap (elke week een tekst)
q Herhaald tekstlezen op niveau…. Boekjes/teksten worden meegegeven.
q ………………………….
q ………………………….
B. Spellen
ð Hij/ zij volgt het reguliere programma
ð Hij/ zij volgt het reguliere programma + (….. keer in de week) verlengde instructie en geleide oefening gegeven (door…………..).
ð Hij/ zij krijgt naast het reguliere programma extra oefening voor andere spellinggevallen (materiaal en persoon die begeleiding geeft aangeven)
ð Thuis oefenen de ouders een door school gegeven woordpakket (collectie oefenwoorden) minimaal 3x per week.
ð Er wordt een eigen spellingschrift aangelegd waarin de spellingafspraken naar voren komen (moeilijke woorden worden categorie gewijs genoteerd; gebruik van het schrift wordt geoefend t.b.v. toepassen bij schrijftaken)
ð Elke week wordt een spellinggesprek gevoerd m.b.v. een hulpmiddel (schema, overzicht regels/spellinggevallen o.i.d.).
ð Hij/ zij volgt in een eigen tempo een spellingprogramma (individuele leerweg voor de resterende schooljaren) (Wat? Wie voert uit? Welk materiaal wordt gebruikt?).
ð ……………………..
ð ……………………..
C. Begrijpend lezen
ð Hij/ zij volgt het reguliere programma.
ð Hij/ zij volgt het reguliere programma + (….. keer per week) verlengde instructie + geleide oefening (door ……..).
ð …………………………..
ð …………………………..
D. Rekenen/ wiskunde
ð Hij/ zij volgt het reguliere programma.
ð Hij/ zij volgt het reguliere programma + (X keer per week) extra oefening van de basale rekenvaardigheden.
ð Tafels worden extra geoefend (Welke? Hoe? Wanneer? Door wie?)
ð ………………………..
ð ………………………..
E. Engels
b. Compenserende maatregelen
ð Hij/ zij heeft een “leesmaatje”, een leerling die helpt bij leestaken, vraagbaak is bij schriftelijke taken (lezen, schriftelijke verwerking)
ð Hij/ zij krijgt tekstmateriaal op school voorgelezen, op te vatten als ‘preteaching’ (Door wie? Welke vakken?).
ð Hij/ zij gebruikt een Daisy-speler op school (Welke vakken en omstandigheden?)
ð Hij/ zij krijgt thuis door ouders dingen voorgelezen, op te vatten als ‘preteaching’ (Welke vakken of teksten?)
ð Hij/ zij gebruikt een Daisy-speler thuis (Welke vakken en omstandigheden?)
ð Hij/ zij gebruikt een Reading pen? (Op school? Wanneer? Thuis?)
ð Hij/ zij gebruikt een computer op school (Voor welke vakken, omstandigheden? Welke software?)
ð Hij/ zij gebruikt een eigen spellingschrift of een woordenboek om bij schriftelijk werk (taalproductieve taken).
ð Hij/ zij krijgt op school extra werktijd bij toetsen en proefwerken (Welke vakken? Welke toetsen? Hoeveel tijd meer, hoe geëvalueerd?)
ð ……………………………………………..
ð ……………………………………………..
c. Dispenserende maatregelen
Lezen, begrijpend lezen, zaakvakken, rekenen-wiskunde, taal
ð Hij/ zij maakt minder schriftelijke opgaven (Welke vakken? Welke omstandigheden? Hoeveel vermindering?)
ð Hij/ zij maakt minder werkstukken in het schooljaar (Door wie? Welke vakken?).
ð Hij/ zij krijgt geen hardop leesbeurten in de groep (Welke vakken en omstandigheden?)
ð Hij/ zij krijgt geen onvoorbereide hardop leesbeurten in de groep, alleen als hij/zij dit vooraf aangeeft bij de leerkracht.
ð Hij/ zij krijgt aangepaste schriftelijke taalopdrachten (In welk opzicht?)
ð Hij/ zij krijgt minder overschrijftaken, vult bijvoorbeeld alleen antwoorden in op een kopie van boek of werkschrift (Welk vak? Wanneer?)
ð …………………………………………….
ð …………………………………………….
Spelling
ð Hij/ zij wordt alleen getoetst op geoefende woorden.
ð Het aantal te leren (oefen)woorden wordt beperkt.
ð …………………………………………….
ð …………………………………………….
ð …………………………………………….
d. Sociaal-emotionele maatregelen (taakrelevante maatregelen)
q Hij/ zij vindt op school informatie over dyslexie die zoveel mogelijk op kinderen en ouders is gericht (boekjes, audio-/ videomateriaal).
q Hij/ zij krijgt van de leerkracht extra aandacht (en sociale ondersteuning) bij het uitvoeren van alle schoolse taken waarin de leerbelemmering optreedt
q Hij/ zij krijgt met enige regelmaat coachingsgesprekken (door de dyslexiecoach, IB-er) waarin de leervorderingen en gang van zaken bij schriftelijke taken aan de orde komen.
q Hij/ zij geeft de klasgenoten informatie over de leerproblematiek (dyslexie) door het houden van een spreekbeurt
q Hij/ zij maakt een werkstuk over dyslexie en ontvangt hierbij hulp en ondersteuning vanuit school (van ……………)
q ………………………………………………
q ………………………………………………
D. Externe betrokkenen
(overzicht van personen en instanties die dit schooljaar zijn betrokken bij het onderwijs/ begeleiding van de leerling; ook de concrete bijdrage in de hulp aan, de zorg voor de leerling)
Logopedist:
Remedial Teacher/Leesspecialist:
OnderwijsAdviseur:
Schoolarts:
E. Evaluatie begeleidingsplan
Datum / Tijdstip / Plaats
Aanwezigen
Besproken gegevens, IHP’s en leerresultaten
1.
Conclusies
2.
Conclusies
F. Bijlage bij begeleidingsplan in leerjaar 200x - 200y
Uitgevoerde specifieke handelingsplannen
PERIODE
VAKGEBIED
DOEL, INHOUD, MIDDELEN, FREQUENTIE e.d.
EVALUATIE
1.
Tijdstip:
Aanwezigen:
Resultaten:
2.
Tijdstip:
Aanwezigen:
Resultaten:
3.
Tijdstip:
Aanwezigen:
Resultaten:
4.
Tijdstip:
Aanwezigen:
Resultaten:
5.
Tijdstip:
Aanwezigen:
Resultaten:
------------------------------------------------------------------------------------
Kijk op de nieuwe site http://www.dylsexieroute.nl/ hoe jeleesprestaties kunt verbeteren.
Goed lees- en spellingsonderwijs in klassenverband
Op niveau 1 van het organisatorisch continuüm gaat het om goed lees- en spellingonderwijs aan alle leerlingen. Wanneer dit goed gebeurt, met voldoende aandacht voor de verschillen in leerbehoeften tussen kinderen, zou ongeveer 75 procent van de leerlingen hier voldoende aan moeten hebben.
Extra zorg in de groep door de leerkracht
Op niveau 2 van het organisatorische continuüm wordt voor ongeveer een kwart van de leerlingen de ondersteuning voor lezen en spellen geïntensiveerd. Dit gebeurt door verlengde instructie en extra leertijd. Dit komt bovenop het basisaanbod in niveau 1.
Specifieke interventies door de zorgspecialist in de school
Ongeveer 10 procent van de leerlingen heeft niet voldoende aan dagelijkse extra instructie en verwerking. Bij deze leerlingen kunnen bijvoorbeeld de volgende evidence based interventieprogramma’s worden ingezet: Connect, Ralfi en Radslag (niveau 3 van het organisatorisch continuüm).
Diagnostiek en behandeling in de gezondheidszorg
Wanneer een leerling onvoldoende heeft geprofiteerd van alle specifieke interventies, kan hij voor diagnostiek en eventueel behandeling worden doorverwezen naar een diagnosticus/behandelaar in de gezondheidszorg (niveau 4 van het organisatorisch continuüm).
Maak een sterkte/zwakte-analyse van het dyslexiebeleid op je stageschool op basis van het Protocol leesproblemen en dyslexie http://www.dyslexieroute.nl
Let op afwijkingen van het protocol, let op knelpunten in de uitvoering.
Formuleer een conclusie.
Sterk:
De school heeft veel tijd uitgetrokken voor het lezen
De school heeft veel tijd uitgetrokken voor spelling en taal
Er wordt veel aan woordenschat gedaan
Er zijn hulpmiddelen voor de kinderen die zwak zijn in lezen
Er wordt gestimuleert veel te lezen
2 keer in de week oefenen de kinderen in groepjes bij de RT-er
Zwak:
Er is/was een heel goed dyslexiebeleid. Maar daar wordt op het moment niet zo heel veel mee gedaan
De kinderen die sterk zijn in lezen worden een beetje overschaduwt
Geen opmerkingen:
Een reactie posten